Stress reductie 1

In elke organisatie of situatie waar samengewerkt wordt, worden mensen regelmatig geconfronteerd met het gegeven dat ze verschillen in hun visies en ideeën. Soms leiden die verschillen tot spanningen, anders gezegd: stress. Stress kan ook ontstaan doordat mensen verstrikt raken in de stroom aan informatie die ze dagelijks willen verwerken. Langdurige blootstelling aan stress kan leiden tot verschijnselen die psychologen chronische overbelasting of burn-out noemen. Volgens recente cijfers heeft 10 tot 15 procent van de werknemers in Nederland deze verschijnselen. Dat percentage is al decennialang min of meer constant. De leeftijd waarop de verschijnselen beginnen, verschuift echter: steeds meer jongeren hebben deze klachten. Mogelijke oorzaken zijn: te veel ballen tegelijk in de lucht houden, prestatiedruk en keuzestress.

Het probleem burn-out is dus niet nieuw. Er worden ook al decennia boeken over geschreven: in de eerste helft van dit jaar nog Van big bang tot burn-out van Witte Hoogendijk (psychiater) en Wilma de Rek (journalist). De oplossing voor het probleem zit alleen niet in het lezen van een boek, hoewel dat je wel kan helpen een paar stappen in de goede richting te zetten.

Hoe ontstaat stress?

Wanneer je zegt dat je last hebt van stress, bedoel je eigenlijk dat je last hebt van de reactie (stress-respons) van je lichaam op bepaalde factoren (stressoren, veroorzakers van stress). Langdurige blootstelling aan stress kan leiden tot gebrekkige eetlust, slechter slapen, verminderde belangstelling in de omgeving, gevoelens van onbekwaamheid, emotionele uitputting, en uiteindelijk zelfs tot depressie. Om te begrijpen hoe stress ontstaat en hoe je lichaam daarop reageert, maken we een kort uitstapje naar de psychologie.

In bedreigende situaties, bij acuut gevaar, treedt bij mensen en dieren een verdedigingsmechanisme in werking. Dat mechanisme is een instinctieve reactie die de vecht-vlucht-reactie wordt genoemd. Als gevolg hiervan produceert het lichaam stress-hormonen (adrenaline en cortisol). Die hormonen zorgen ervoor dat je lichaam klaar staat voor vechten of vluchten: ademhaling en hartslag versnellen, glucose komt beschikbaar voor verbranding in de spieren, de bloeddruk stijgt, de spieren worden aangespannen, de bloedtoevoer naar de spijsverteringsorganen neemt af, de concentratie en geheugenwerking nemen toe, de pupillen verwijden en de transpiratie neemt toe.

De vecht-vlucht-reactie wordt bepaald door het oudste deel van je brein. Psycholoog Piet Vroon noemde dit deel van het brein het reptielenbrein (Tranen van de krokodil, 1989). Dit deel van het brein is ook verantwoordelijk voor de ademhaling en slikken. Psychologisch kun je zeggen dat het reptielenbrein verantwoordelijk is voor instinctieve reacties. Het zoogdierenbrein heeft te maken met gevoelens en emotionele reacties. Het primatenbrein heeft te maken met gedachten, taal, bewustzijn en rationeel-cognitieve reacties.

Hieronder illustreren we het model van Piet Vroon met een cartoon van tekenaar Arend van Dam. In deze cartoon is de krokodil het reptielenbrein, het paard het zoogdierenbrein, en de ruiter het primatenbrein.

reptielenbrein, zoogdierenbrein, primatenbrein Afbeelding 1: reptielenbrein, zoogdierenbrein, primatenbrein.

Het plaatje links beeldt de normale situatie uit: de ruiter heeft de teugels in handen en de krokodil is rustig. Het plaatje rechts beeldt een situatie van herhaalde stress uit: de krokodil is boos of bang, reageert op alle prikkels en gaat om zich heen bijten. Het paard slaat dan op hol en loopt niet langer zijn rondje in de tredmolen van de gewoonte. De ruiter kan al dat geweld niet de baas en heeft de teugels niet meer in de handen.

Vroons verklaring is speculatief en niet breed aanvaard in zijn vakgebied. Je moet zijn model eerder zien als een brede, verklarende psychologie, niet als harde wetenschap.

In een écht bedreigende situatie is de vecht-vlucht-reactie nuttig, maar hij treedt ook op wanneer je een bericht met een bepaalde lading ontvangt van een collega, klant of familielid. Dat kan telefoon zijn, email, whatsapp, Facebook, maakt niet uit. Dit zijn onze moderne stress-factoren. Getoeter in het verkeer en eindeloze files zijn ook stress-factoren. Je reptielenbrein reageert op deze stress-factoren op dezelfde manier als bij een écht bedreigende situatie: vecht-vlucht-gedrag. Dat gedrag kan zich bijvoorbeeld uiten in heftige verbale reacties of gedachten in de trant van 'ik wil jou nu een keiharde mep verkopen'.

Als je lichaam in het dagelijks leven en werk, dus zonder fysieke bedreigingen, vaker en langer in deze toestand staat en het vecht-vlucht-gedrag een patroon wordt, krijg je vervelende bijwerkingen: hartkloppingen, transpireren, pijn in maag en darmen, gevoeliger voor infecties, slecht slapen enzovoorts.

In het tweede deel van dit artikel zullen we uitleggen hoe aikido-training je kan leren beter om te gaan met stress.

De cartoon van Arend van Dam is gebruikt met toestemming van de tekenaar.